Paul Cliteur is momenteel de meest omstreden publicist in Nederland. Met zijn scherpe pen en tong houdt hij ogenschijnlijke evidenties tegen het licht en onderwerpt ze aan de meest genadeloze kritiek. Op die manier brengt hij als geen ander de Popperiaanse idee van het kritisch rationalisme in de praktijk. Geen enkele stelling is waarheid maar hooguit een werkbare hypothese. En die hypothese moet je dan onderwerpen aan de meest genadeloze kritiek. In zijn boek God houdt niet van vrijzinnigheid demonstreert Paul Cliteur dit ten volle. Het boek is een bundeling van zijn belangrijkste essays die verschenen in de dagbladen Trouw, NRC-Handelsblad, Algemeen Dagblad en andere publicaties of als column in het televisieprogramma Buitenhof in de voorbije tien jaar.
Steeds opnieuw zoekt Paul Cliteur naar een concreet antwoord op filosofische vragen. Is religie noodzakelijk als grondslag voor de moraal? Is een relativistische levenshouding bevorderlijk voor een tolerante samenleving? Wordt onze cultuur door het christendom of het epicurisme bijeengehouden? Hebben dieren rechten? Kunnen ambtenaren aanspraak maken op de vrijheid van meningsuiting? Voor wie de vorige publicaties van Paul Cliteur gelezen heeft komt het allemaal bekend voor. Zijn argumenten staan breed uitgesmeerd in zijn boeken , Moderne Papoea’s, dilemma’s van een multiculturele samenleving en Tegen de decadentie. De democratische rechtstaat in verval. Deze bundeling van prikkelende, ironische en vaak provocerende columns en essays toont vooral de betrokkenheid, veelzijdigheid en eruditie van de auteur aan. Hij kent de klassieke filosofen en hun ideeën als geen ander en betrekt ze met gemak in de beoordeling van eigentijdse maatschappelijke problemen. Toch bagatelliseert hij niet. Elke tekst behoudt de nodige diepgang en verplicht de lezer tot het innemen van een stelling.
Paul Cliteur is een vrijdenker die het niet begrepen heeft op de waarheidsclaims van de geopenbaarde godsdiensten. Wie de bijbel of de koran als uitgangspunt neemt voor zijn moreel handelen is in feite een religieuze fundamentalist. Niet Jezus Christus moet onze leidraad zijn maar wel Epicurus. Niet lijdzaamheid en zondebesef beweegt de moderne mens maar wel ons streven naar geluk. Hiermee spoort Cliteur met het hedonisme van de Franse filosoof Michel Onfray die tegenover de christelijke deugd van het lijden een zintuigelijk, materialistisch en atheïstisch utilitarisme plaatst met een eigen categorische imperatief: de bio-ethiek die het geluk voor het grootst mogelijke aantal moet nastreven.
In een opmerkelijk stukje naar aanleiding van kerstdag in 2002 verzet hij zich tegen respect voor andermans opvattingen. ‘Respect voor opvattingen van mensen zou de beschaving helemaal stopzetten’, aldus Paul Cliteur. ‘Respecteer uw naaste, maar onderwerp al zijn opvattingen aan een gruwelijke en nietsontziende kritiek.’ Zijn favoriete figuur uit de bijbel is dan ook de ongelovige Thomas die eerst wou zien alvorens te geloven en zich daarmee bijzonder impopulair maakte bij de gelovigen. Het demonstreert zijn eigen groot geloof in het debat, in de strijd tussen ideeën en de noodzaak aan ideologieën. Vandaar zijn regelmatig weerkerende kritiek op het pragmatisme en opportunisme van zoveel politici, tot welke partij ze ook mogen behoren. Zo heeft hij het niet hoog op met beleidsmensen als Boris Diettrich, Hans Van Mierlo, Ad Melkert, Wim Kok, Hans Dijkstal en Gerrit Zalm. Meer bewondering toont hij voor mensen met een duidelijke en consequente visie zoals Ayaan Hirsi Ali en wijlen Pim Fortuyn. Politici die pal blijven (en bleven) staan voor de verdediging van de liberale grondwaarden van onze democratische rechtsstaat en die met succes de vermeende voordelen van het cultuurrelativisme ontmaskeren.
Tegenstanders plaatsen Cliteur dan ook onmiddellijk in de hoek van het conservatisme. Dat voedt hij trouwens door zijn openlijke blijken van sympathie voor de werking van de Burkestichting, het platform in Nederland voor het conservatieve gedachtegoed. Toch klopt dat niet helemaal. Zijn hardnekkige verdediging voor fundamentele grondwaarden als de vrijheid van meningsuiting, de scheiding van kerk en staat en de gelijkwaardigheid van elke mens zijn buitengewoon vooruitstrevend. Zijn verzet tegen de onderwerping van het individu aan een gemeenschappelijke cultuur, traditie of religie spoort met de eeuwenlange strijd voor individualisme, zelfontplooiing en de emancipatie van de mens. Zijn afkeer voor culturen, tradities en religies die de vrouw ondergeschikt houden aan de man maken hem tot een ware progressief. En Cliteur kijkt nog verder. In verschillende teksten neemt hij het ook op voor de rechten van het dier. Hij voorspelt dat mensen in de komende decennia zullen terugkijken op de barbaarse houding van de mens tegenover andere levende wezens.
Enige tijd terug kondigde Paul Cliteur aan zich enige tijd terug te trekken uit het publieke debat omdat hij de beschuldigingen aan zijn adres, als zou hij mensen en gemeenschappen tegen elkaar opzetten, wat beu was. Hij gaat zich meer toeleggen op zijn academische carrière. Wie de essays en columns in dit boek leest, beseft onmiddellijk dat dit een verschraling voor het publieke debat zal betekenen. Democratieën hebben kritische stemmen als Paul Cliteur hard nodig. Al was het maar om ons alert te houden van het belang van de rechten en vrijheden die we in de voorbije eeuwen zo hard bevochten hebben.
Recensie door Dirk Verhofstadt
Paul Cliteur, God houdt niet van vrijzinnigheid, Bert Bakker, 2004
Geen opmerkingen:
Een reactie posten